Henry Oldenburg aan Christiaan Huygens.8 april 1662.De brief is in Leiden, coll. Huygens. Monsieur
Daar degene die u deze brief brengt, de heer Colhans 1), doctor in de geneeskunde, op de terugweg is naar Duitsland, en de geleerde en weetgierige personen van Den Haag wenst te kunnen bezoeken, heb ik gemeend de brief aan u te moeten richten, en u ootmoedig te verzoeken hem te ontvangen met dezelfde wellevendheid die u zo goed was mij te betuigen, toen ik de afgelopen zomer de eer had u te bezoeken. 1) Johann Christoph Kohlhans ... 1604-1677. Hij werd in 1633 professor in de wiskunde te Coburg ... was hebraïcus. [Tractatus opticus, Lips. 1663: vreemde vorm van Saturnus genoemd (p. 108), maar niet Huygens of ring.] [ *) Figuur: veertje valt even snel als lood; uit de notities over het luchtledige in T. XVII.] 2) Zie No. 928. 3) Zie No. 881. |
[ 109 ]
die worden waargenomen in die delen waarover hij het had, met alle omstandigheden die we erbij opmerken. Dit is alles wat hij mij erover bericht, wat nogal onvolledig is; en misschien dat hij u er al meer bijzonderheden over heeft meegedeeld, zoals ook het toestel dat hij voor deze beweging gebruikt. Maar de heer Colhans komt juist om Vaarwel te zeggen, en omdat ik haast heb ben ik genoodzaakt abrupt te eindigen en u te verzoeken te geloven dat ik volkomen ben
|