D E R
WIS- EN NATUURKUNDIGE WETENSCHAPPEN
IN DE NEDERLANDEN.
D O O R
1. Toen ik onlangs in de Bibliotheek van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen te Amsterdam bezig was met het onderzoeken van de verzameling handschriften HUYGENS, ten opzichte van brieven van of aan CHRISTIAAN HUYGENS, kreeg ik in handen een bundel Adversaria, gemerkt "Handschriften XLVII."[ 232 ]Al dadelijk meende ik daarin eenige verloren manuscripten van SIMON STEVIN te ontdekken, en een nader onderzoek bevestigde dit vermoeden volkomen.
In het werk toch van SIMON STEVIN, getiteld "Wisconstighe Gedachtenissen, V Stuck, blz. 107" [zie Bouwstoffen XXI, Noot 52] en de vertaling daarvan door WILLEBRORDUS SNELLIUS, "Hypomnemata Mathematica, Tomus V, pag. 205" [zie Bouwstoffen XXV, Noot 21] komt eene lijst voor van verhandelingen van STEVIN, die niet opgenomen werden. In de fransche vertaling door JEAN TUNING "Memoires Mathématiques ... Leyde chez JAN PAEDTS JACOBSZ. 1608. folio" [zie Bouwstoffen XXV, Noot 25] ontbreekt deze lijst.
In het werk "Wisconstigh Filosofisch Bedrijf" van HENDRICK STEVIN, die daarin enkele stukken van zijn vader SIMON overneemt [zie Bouwstoffen XXV, Noot 36], verhaalt de zoon in het 1ste Boek, 1 Voorstel, blz. 5, hoe "de handschriften (welke nu deur onachtsaemheyt al veel jaren || onder verscheyden geleerde handen waren vertrout, sonder yets anders,|| onses wetens, daer me verricht te zijn [d. i. zonder uitgegeven te zijn], als datse van vele voltrockene de-|| len, daer wij genoegsame kennis af menen te hebben, geledigt, en sulcx || de rest heel ongeret, wijt en zijt deur malcander verstroyt waren)."[ 233 ]Onder die verloren handschriften behoorde ook de "Spiegeling der Singconst", en het is o. a. dit werk, dat ik in genoemden bundel terugvond, onder denzelfden titel. Tot bewijs, dat het werkelijk de arbeid van SIMON STEVIN was, moge dienen, dat het daar voorkomt te midden van nog andere stukken van dien schrijver, en voorts, dat het "CORTBEGRIJP" van het werk zelf en dat van de "BYVOUGH" geheel overeenkomen met hetgeen daarvan wordt vermeld in de "Verrechting van Domeine" [zie Bouwstoffen XXV, Noot 34a, behoorende als 2de Deel bij zijn "Materiae Politicae", Noot 34 aldaar], Anhang, laatste gedeelte, blz 147, waar de "Tytels en Cortbegrijpen totte Wisconstige Gedachtenissen" voorkomen.
2. In den voornoemden bundel van Adversaria vindt men nu genoeg belangrijks omtrent het verloren werk van SIMON STEVIN, om daarvan een afdruk te rechtvaardigen.
Behalve toch de Spiegeling der Singconst zelve komt daarbij nog een aantal stukken voor, die daarop betrekking hebben. Ik heb dus gemeend het best te doen, die Spiegeling te laten voorafgaan, en daarop de andere stukken, in zoo verre zij van belang zijn, ten deele als bijlage te doen volgen.
3. Na een hoofdtitel "Musica" en een tweeden "Singconst || van Stevin" (die mij eigenlijk eerst op het spoor bracht) volgen eenige onvolledige, bovendien niet eens in de goede volgorde zamengevoegde, brokstukken en daartusschen een nieuwe titel "Spiegheling der || Singconst || met cladden van dien." Ten slotte eenige muziekstukjes.
Dan volgt "DE || SPIEGELING DER || SINGCONST || Beschreven deur" in 27 + 4 bladzijden 40, die hierachter na het hoofdwerk afgedrukt te vinden is.
Bij toeval als het ware komt hier als bewijsstuk, dat men hier met de papieren van STEVIN zelven te doen heeft, op een voorgaande bladzijde de titel "Musiec" voor; maar dit werd daarop geschreven nadat was uitgeschrapt een vroegere titel "Octroyen van Watermolens", een andere arbeid van STEVIN, waarop wij later zullen terugkomen.[ 234 ]Deze "Spiegeling" is misschien een eerste opstel van STEVIN, dat naderhand in anderen vorm werd verwerkt: men vindt hier wel dezelfde redeneeringen, hoezeer veel uitvoeriger uitgewerkt, en ook wel denzelfden inhoud, maar op geheel andere wijze verdeeld. Zoo is bijv. alles wat betrekking heeft op de "Singconst der Grieken" later in het "Bijvough" gebracht.
Hoezeer het mij tot nog toe niet gelukte het schrift dat somtijds aan duidelijkheid wel wat te wenschen overlaat, ja een enkele maal een ware "cladde" is met doorhalingen en invoegingen, met eenigen brief van SIMON STEVIN te kunnen vergelijken, bewijzen nochtans juist die uitkrabbingen en verbeteringen, dat dit werk door den ontwerper zelven geschreven en nagezien is, en niet door een ander werd overgeschreven.
En voor de meening, dat het werkelijk van SIMON STEVIN is, pleiten de volgende redenen. Vooreerst dat alles steunt op dezelfde berekeningen als later in het werk zelf voorkomen, en die STEVIN voor nieuw houdt. Ten tweede uit zijne bijna dweepachtige vereering van de "Duytsche tael". Vervolgens ook het gebruik van sa in plaats van si, hetgeen door STEVIN zelf als in strijd met het gewone gebruik aangegeven wordt.Nu komen er, echter in geheel andere volgorde gebonden, de Bijlage AF voor, die behooren bij een schrijven van ABRAHAM VERHEIJEN, organist te Nijmegen aan SIMON STEVIN, en alle betrekking hebbend op onze "Spiegeling".
Na een achttal bladzijden folio over "VERRECHTING van Domeine van SIMON STEVIN", waarover later, vindt men eindelijk het ware
"DERDE DEEL DER || GHEMENGDE STOFFEN || VANDE || SPIEGHELING || DER || SINGCONST. || Beschreven door || SIMON STEVIN."
28 bladzijden in folio, en
"BYVOUGH DER || SINGCONST."
15 bladz. folio.
En dit is nu het hoofdwerk, waarvan de Cortbegrijpen geheel overeenkomen met hetgeen van elders daaromtrent bekend was.Het is hier met een fraaien klerkenhand overgeschreven.
Uit eerbied voor dit geheel onbekende handschrift, alsmede om het terugvinden van eenig woord, bij het soms zeer onduidelijk geschrevene, mogelijk te maken, heb ik het bladzijde voor bladzijde, en regel voor regel doen afdrukken.
Bron
D. Bierens de Haan, Bouwstoffen voor de Geschiedenis der Wis- en Natuurkundige Wetenschappen in de Nederlanden. Tweede verzameling. (Niet in den handel.) 1887; eerder gepubliceerd in Verslagen en mededeelingen der Koninklijke Akademie van Wetenschappen (Afdeeling Natuurkunde), 2-20 (1884), p. 102-195.Blz 235 - 273: het 'hoofdwerk' Vande Spiegeling der Singconst.
Blz 275 - 312: het 'eerste opstel' (dit staat in Principal Works, met Introduction van A. D. Fokker).
Blz 313 - 323: Bijlage A - F, brief van Abraham Verheijen.