1604 ... 1614 ... 1619 ... 1623 ... 1627
1604 ... | Wetenschappen | |
Artes cur non sint subordinatae? | ||
Quaeritur cur artes inter se non sint subordinatae ... [ Gevraagd wordt waarom de wetenschappen onderling niet ondergeschikt zijn, dat is, waarom er geen algemene kennis of wetenschap is van de hele wiskunde, en ook van wiskunde en physica, en ook van physica en ethica, en ook van physica en alchemie etc. ... ] |
Rustdag |
Traditione solâ confirmatur dies Sabbathi. |
Si nullis traditionibus certo credendum est, undenam nobis constat diem Sabbathum die septimo certo ordine semper observatum fuisse? [ Als op geen tradities met zekerheid te vertrouwen is, waaruit staat dan voor ons vast dat de dag van de Sabbat altijd volgens vaste gewoonte op de zevende dag in acht is genoemen? ] |
Winden |
Venti initium quomodo inveniatur. |
Posset fortasse quaeri an nullo pacto sciri possit unde ventus venerit, hoc est, si e Terra erumpat, ubi ipsius initium fuerit. ... [ Misschien zou uitgezocht kunnen worden of niet op een of andere manier geweten kan worden waar de wind vandaan is gekomen, dat wil zeggen, als die uit de Aarde breekt, waar het begin ervan geweest is. ... ] |
1613 | Geld | |
Valuatie vant gelt verandert. | ||
Hoe kompt het, dat het goudt nu hoogher gaet dant pleecht? Ist omdat de stuyvers etc. altyt min weert geweest syn naer advenant als het goudtgelt etc.? ende dat men heeft beginnen meer profyt met stuyvers te doen dan met goudt? Of ist omdat de muntmeesters de stuyvers etc. allyns so slechter slaen, dat daerdoor het goudt etc. meer stuyvers weert wort? | ||
Straten | ||
Straten beter aen deen syde. | ||
Waerom gebeurt het dickwils, dat de een syde van sommighe straten meer begaen wort dan dander syde? Ist omdat de straten krom loopen ende dat de luyden den kortsten wech soecken? Ofte ist omdat aen deen syde beter straten ligghen ofte marckten dan aen dander syde? |
Opstaan |
Excitari certo tempore aliquem. |
Hoe kompt het, dat een mensche, die gewent is op een seker ure op te staen, al gaet hy tsavons later te bedde dan hy gewoon is, dat hy nochtans op syn ure wacker wort? Heeft de veranderinge des tyts aen hem eenighe macht, als hy slaept? Of kan hy die al slapende gevoelen? |
Zwaar en licht |
Motus gravium deorsum. |
Cur gravia deorsum moventur? ... [ Waarom bewegen zware dingen omlaag? Is het soms omdat het hogere in voortdurende beweging is, en bij de Aarde hetzelfde gebeurt als bij een steen die naar het midden van een waterkolk gaat? Of is er soms een ijle stroom omlaag van subtiele lichamen, vanaf de hoogste delen gelijkmatig rondom, die alles wat in de weg komt neerdrukt? ... ] |
Oneindig |
Finitum non movetur per infinitum ejusdem generis. |
Quaeritur quomodo quid unicâ horâ, quod est tempus finitum, moveri possit per lineam quamvis, cum ea in infinitas partes sectilis sit? ... [ Gevraagd wordt: hoe kan iets in een enkel uur, wat een eindige tijd is, bewegen over een lijn, terwijl die in oneindig veel delen deelbaar is? Ik antwoord: Tijd is niet eindiger dan een lijn, en een enkel uur is even goed in oneindig veel delen te delen*) als een lijn. Of, als je een uur eindig stelt, moet ook een lijn van een el eindig gesteld worden. ... ]
[ *) Dit was al bedacht door Zeno: Achilles en de schildpad een wiskundige uitleg is hier niet nodig, de redenering is alleen: tijdens het inhalen wordt niet ingehaald.] |
Geest ['spiritus'] |
Index et medius digitus over malcanderen geleydt, doen meynen, dat één bol twee syn. |
Ratio indaganda est quare indice et medio digito transpositis et unicum globulum tangentibus, duo tangi videantur ... [ Te onderzoeken de reden waarom, als wijsvinger en middelvinger over elkaar zijn gelegd en als ze een enkel bolletje aanraken, er twee lijken te worden aangeraakt ... Is er soms een of andere continuïteit in de geesten*) van de mens ... ]
[ *) Lat.: 'spiritibus', vluchtige stoffen (vergelijk p. 17: 'wijngeest' en 'mijn geesten', en p. 36 hierna: van een magneet). Op p. 103: zenuwen vol spiritus, "nervi, cum spiritu pleni sint".] |
1614 | Draaiende tol | |
Turbo puerorum cur motus in gyrum sponte erigatur. | ||
Waerom staet eenen werptop overeynde als hy draeyt? ...
[ In 1626 komt Beeckman hierop terug (T. 2, p. 335): "een worptop, waerom sy overeynde staet, alse draeyt.", met deze figuur: en op p. 336 de opmerking: "men moet vant gene, dat bekent is ende geringhe, gaen tot het onbekende ende treffelicke."] |
Schittering van een lei |
Splendor obscurat litteras. |
Hoe kompt het dat, alsmen op een schaylie*) geschreven heeft ende dat men de schaylje also stelt, dat het licht, vallende op de schaylje ontrent de letters, so grooten hoeck maeckt met de schaylje als een linie van ons ooghe ontrent de letters ghetrocken maeckt op de schaylje, dat men dan de letters niet sien en kan? ... *) Schalie, lei. |
Kaarsvet drijft |
Roet ongesmolten dryvende in gesmolten. |
Waerom gebeurt het, alsmen roet*) smelt, dat sommich roet, dat noch niet gesmolten en is, int roet dat gesmolten is, dryft? ... *) WNT, bij kaars: 'Kaarsroet', Sebum candelarum. |
Kogelbaan |
Linea globi bombardici cadentis. |
Men soude moghen vraghen, alsmen door een buysken lanckx den sichteynder water speut, oft als men syn water maeckt, of als men een loot uyt een roer schiet, hoe het al vlieghende valt, dat is wat linie dat den cloot beschryft ... Ick antwoorde, dat ickt niet en weet. ... ... het fondament: dat eens roert, roert altyt, soot niet belet en wort [<] ... |
1615 | Wagenwielen | |
Rotae curruum anteriores cur minores. | ||
Waerom worden de achterste wielen van de waghens hooghst gemaeckt?? ... |
1616 | Zon | |
Solis calor ex toto corpore. | ||
Men mach sichselven verwonderen, hoe dat het kompt, dat de sonne so veel hitte op de aerde geeft somen seght, omdat se groot is. ... |
Spelen in gedachten |
Consonantiae in conatu animae consistunt. |
Als men met den vyngher op een tafel speelt, ons dunckt, dat wy het liedeken spelen, dat wy synghen of in ons gedachten hebben. Hoe kompt dat? ... |
1617 | Stuiten | |
Steuten van een bal. | ||
Waerom steut een bal, alse op een steen valt, opwaerts? Om dieswylle datter deurt vallen op den steen gelyck een put in den bal kompt ... | ||
Bier, atomen | ||
Aquae mobilitas est causa fluxûs. | ||
Waerom loopt het bier uyt de krane als men den tap daeruyt treckt? Om dieswylle, dat het water vergaert is ex atomis ... |
Zwanger |
Praegnans cur cogitando foetum afficiat. |
Men is verwondert, dat een vroue, die swaer gaet, deur haer gedachten soo een groote veranderinge in het kint brengen kan ... Maer daer gebeuren wel meer sodanige dingen, daer men niet over verwondert is, omdat se so ordinaris syn. Ist niet vremt, dat men handen, voeten ende leden roeren kan, als men wil, deur gedachten? ... |
Ouderdom |
Senectus cur fiat. |
Mirum videtur hominem necessario senescere, nec a medicis senibus posse juventutem restitui ... [ Het lijkt verwonderlijk dat de mens noodzakelijk oud wordt, en dat de jeugd door artsen niet aan bejaarden kan worden teruggegeven ...] |
Dromen | ||
In somnia quae fiant. | ||
Quî fit nos in somniis videre colores, sonos, audire etc. [ Hoe komt het dat we in dromen kleuren zien, geluiden horen, enz.] ... |
Metselspecie |
Calck, tras, en water kleven aeneen. |
Hoe macht komen, dat den taras, met calck ende water gemengt, soo hart aeneen kleeft, ende sandt ofte gestampten steen, met water gemengt synde ende daernae droge wordende, bryselt gelyck te vooren? |
Mist |
Nebulae, id est 'mist', quomodo visum impediant. |
Hoe kompt het, dat men savonts, als de keerse ontsteken wort, wel van veeren een toren siet, die men snoens niet sien kan, alst mist? ... |
1618 | Trap beklimmen | |
Trappen en steylten beclimpt men best al loopende. | ||
Alsmen op trappen oft op een houte, die steyl is, gaen wilt, so en gaet men niet den ordinaren ganck, maer men loopt gemeenlick. Die vraghe is, waerom dat geschiet. ... ... dewyl int loopen het lichaem ras beweecht wort, ende beweecht synde so gaet het opperste al voorwaerts ... ... |
Architectuur |
Architecturae ratio quaesita. |
Het dunckt my een groote ende fraye saeck te syn te konnen reden geven van de proportien in architectura, dat is, waerom dat de pedestalen, colommen, capiteelen, lysten, etc. sulck een proportie juyst moeten hebben, gelyck mense na de konste geeft, dat is, waerom datse, also na de konste gemaeckt synde, d'ooghen best bevallen. Dat men een gelyckenisse neempt van een man, vrouwe, dochter, dat en voldoet my niet geheel, want men siet, dat de kleeren niet na het lyf gemaeckt en worden, den hoedt hoogher, de broeck wyt, ende het wambuis al anders dan de borst is, waeruyt blyckt, dat de forme van de mensche de ooghen niet best en bevalt. Het ware oock fray, de reden te konnen geven, waerom datter soveel verscheyden fatsoenen van kleeren syn ende waerom dat elcke natie een bysonder fatsoen kiest ende dat oock dickwils verandert. ... |
Schoonheid |
Pulchritudinis in homine ratio. |
Hoe komt het dat men deen mensch frayer acht te syn dan dander? Ist omdat men meest gewent is fraeye lieden te sien? Maer daer syn meer lelycke lieden in de werelt dan fraye. Nochtans segge ic, dat dese gewoonte een groot deel is van de reden. ... |
Cirkelbeweging in lucht |
Motus circularis in vacuo longe alius est quam in aere. |
Sed dicet aliquis: Cur apud nos in aere nulla res hoc pacto circulariter moveri potest? ... [ Maar iemand zal zeggen: Waarom kan bij ons in de lucht geen enkel ding op deze wijze in een cirkel bewegen? (D.w.z. zoals hemellichamen.) Laat namelijk het lichaam CF door een wiel IGHK cirkelvormig bewogen worden; haal vervolgens het wiel weg, zodat CF op zichzelf in de lucht hangt, dan zal CF niet cirkelvormig bewegen, maar volgens een rechte lijn. ... Zie ook p. 256: "... waarom veranderen kandelabers in kerken hun cirkelbeweging niet in een rechtlijnige? ...] |
1619 | Droom | |
Somniantes et aegroti cur interdum exactius imaginentur. [ Waarom dromenden en zieken soms preciezer verbeelden.] | ||
Te nacht droomde ic, dat ic in eenen boeck las so perfect, dat ick hetgeen ick ééns gelesen hadde, soo dicmaels overlesen konde als ic wilde, sonder een tittelken te missen. ... dat d'imaginatie stercker is als men slaept en droomt, dan alsmen wacker is; en geschiet, omdat men op één dinge maer letten kan, al de sinnen vacerende; soodat al de spiritus en crachten des geests in de imaginatie alleen vergaderen, waerdoor sy uyttermaten crachtich en behendich wort. Alsoo bevint men, dat die een gebreck oft twee hebben, in d'ander actien te cloecker syn: die syck oft sinneloos syn, spreken en doen, tgeen sy anders niet en conden. ... Die blint syn die hooren te beter, etc. |
Vurig kooltje |
Pruna minima id est ignis scintilla, cur clarissime luceat. [ Waarom is het kleinste kooltje of vonkje het helderst.] |
Alsmen een kole viers aen stucken stoot, so comender cleyne sprinckelinckxkes van, dewelcke terstont uytgaen, maer tegen dat verdwynen schynen sy alderclaerst en suyverst te lichten. ... Dit geschiet omdat in cleyne dingen de proportie van de superficies groot is tegen de lichaemelicheyt ... |
Optillen |
Nervorum vires in elevando cur tantae sint. [ Zenuwkracht bij optillen, waarom zoveel.] |
Mirum est hominem tantum ponderis manibus suis posse elevare. Unde enim tanta vis, cum spiritus animalis solummodo musculis per nervos ingeratur et infletur? ... [ Het is verbazend dat een mens zoveel gewicht met zijn handen kan optillen. Waar komt zoveel kracht vandaan, terwijl levensgeest [<] alleen door zenuwen in spieren gebracht en opgeblazen wordt? ...] |
Orgelpijpen |
Tubi majores cur sonos graviores edant et quomodo id fiat.. [ Grotere buizen geven zwaardere geluiden, waarom en hoe.] |
Fistularum sonantium tubi majores edunt voces graviores, ita ut ij, qui continent duplo plus spacij, octavam sonent inferiorem. ... [ Van klinkende pijpen geven grotere buizen zwaardere geluiden, zodat die welke tweemaal zoveel ruimte hebben, een octaaf lager klinken. ...] |
Wonder |
Mirum cur quid videatur. |
Waerom schyndt ons yedt wonder ende miraculeus? Om dieswille dat men de reden van t'gene geschiet, niet en verstaet. Daerom ist, dat wy ons over het guygelspel van de haessackspeelders*) verstelt staen, alsoo datmen dat dickwils voor tooverye oordeelt, omdat men niet en siet, hoet geschieden can met reden. ... [ *) MNW, 'haessac': knapzak. Dict. 1861: "Goocheltasch, Haeszak". Ph. Du Plessis-Mornay, Grondigh bewijs, 1668, p. 249: "het gene dat de mensche doet die door den Duyvel is bedrogen (dat seecker anders niet dan guychelrye / begochelinge der oogen / ende haessack spelen en is)". S. Witgeest, Het natuurlyk tover-boek, Amst. 1684, p. 317, figuur bij 'Gogel-tas'.] |
Hamer |
Mallei vis, unde oriatur. [ De kracht van een hamer, waar die vandaan komt.] |
Alsmen eenen nagel inclopt met eenen hamer, sy gaet veel beter in, al en waer den hamer maer een pont swaer, ende al en liet men die maer slechs op den nagel vallen, dan of men een wichte van veel pont op den nagel soetkens stelde. De reden hiervan is, omdat den hamer doort vallen geweldich seer verswaert wordt. . . . |
1619 | Wijn | |
Vinum cur fiat turbulentum: reult. | ||
Ergo, wat aengaet het reulen*) van de wyn ... droessem van de wyn ... ... soo treckt het lichtste van selfs opwaerts. Maer waerom blyft het int midden des wyns sweven? ... [ *) Troebel worden (turbulent); T. 3, p. 326: "vinum ... turbatur (Belgae dicunt: de wyn reult)". Zie WNT, 'ruilen, II.6: "Van wijn. Minder worden in hoedanigheid, teruggaan?" met citaat van de Brune, Embl. 53, 1624: "ruylen en ros werden". En 'ruien', 7: "Van wijn: teruggaan. ..." Te denken valt aan het Franse 'rouiller' - roestig worden.] |
1620 | Donder | |
Tonitrus cum aquâ, in fervens oleum infusâ, comparatur. | ||
Men soude sich mogen verwonderen, waerom dat het in de wolcken donderen kan, dewyle sy doch anders niet dan waterachtige, dat is vloeyende, sachte lichamen en syn. ... |
Stokje snijden |
Obliqua sectio cur in ligno facillima. |
Hoe compt het, dat men een rondt stockxken, als is een keersspidt*) etc., soo gemackelyck niet recht overdwers in twee snyden en kan als wat noes snydende? ... *) WNT, bij 'kaars': Kaarsspeet, voor trekken van kaarsen. Zie T. 1, p. 85: 'keersspit'. WNT, bij 'speet': "Roede waaraan men, bij het trekken der vetkaarsen, een aantal pitsnoeren rijgt." Zie de Kaarsemaaker-prent van Jan en Kasper Luyiken, in: J. en C. Luiken, Het Menselyk Bedryf (Amst. 1694), nr. 42. |
Zandribbels |
Aquarum fluctûs cum sulcis in arenâ comparantur. |
Den 9en Mey te Middelborgh. Eergisteren sach ick in de duynen te Domburch, dat het sandt al met groefkens lach, een handbreet van een ... ... moet men eerst weten, hoet kompt dat het water oock also met baerkens ende baren gedreven wort door den wint. ... hoe kompt, dat het water geroert wert, dewyle de wint op elck deelken des waters even styf schyndt te dringhen? ... |
Rook | ||
Fumus cur prope ignem minus infestet. | ||
Waerom roocket min op den heert by het vier dan midden in de keuken, als de schouwe door eenighe oorsaken niet wel en trect? ... |
1621 | Muren witten | |
Nigredinis tantillum multo albo mixtum, albedine illustriorem facit. | ||
De vrouwen, die haer mueren alderwitst ende fraeyst witten willen, die doen een vyngherhoet vol swartsels in den witselpot ende dan wittet alderbest ende witst. ... Maer, soude ymandt moghen dyncken, hoe kan swart, in wit gedaen, het witsel witter maken? ... |
Gieter |
Gieter van de schippers waerom soodanich. |
Waerom syn schippers gieters so lanckworpich gemaeckt, ende niet liever op het fatsoen van een schoppe? ... |
Soldeer |
Souduere waerom die so licht smelt. |
Souduere wort gemaeckt van half tin ende half loot. Maer waerom smelt souduere lichter dan tin of loot? ... |
1623 | Wat duivels kunnen met onze gedachten | |
Diaboli quid possint in cogitationes nostras. | ||
Men vraeght hoet kompt dat de duyvels ons gedachten weten, dewyle dat Gode alleen eyghen is ... Maer hoe kan hy ons wat ingeven? Kan hy in onsen gheest kruypen? ... |
Stok in water |
Baculus in aqua erectus, cur cadat. |
Om te beginnen te mediteren op schepen, so dencke ick vooreerst op de reden waerom dat eenen stock niet overeynde in het water staen en kan? De reden is, omdat het deel buyten het water leegher, ende het deel onder het water hoogher soeckt te syn. ... |
1625 | Formaat van boeken | |
Librorum forma ad musicam relata. | ||
Vooren ergens [<] is noch eens gevraeght waerom de forme van boecken deselve allom is: wat hoogher dan breet; ende dat men selden viercante boecken vindt. Te weten, hoet kompt dat die forme tvolck best aenstaet? Meyne noch, dat het kompt door eenighe musicale proportie, dieder is tusschen de hooghte ende breette. Hetselve gebeurt oock dicwils in de glase veynsters, ruten, ende stenen. ... |
1627 | Kaarsvlam | |
Candelae flamma cur scintillet. | ||
Om te verstaen waerom een keerse flickert ende davert, d'een meer als dander, sommighe oock niet met allen, so moetmen letten boven t'gene dat verscheydemael te vooren geseydt is [<], op een keerse, die in de pype brandt ende opt uytgaen is, hoe geweldich die staet ende davert ende ophoudt dat int vier light, hoedat op sommighe plaetsen daervan de vlammen uyt ende d'inspeelt; dan looptse wech, dan vlieght se wederom daerna toe. ... |
1627 | Schijnbaar bewegen | |
Mota res cur interdum videatur quiescere et contra. | ||
Anno 1627, den 21en Octob. ... hoe kompt dan, sal men segghen, dat wy, ofte op een schip varende ofte opt landt vast staende, dickwils selfs schynen te varen of voort te gaen? ... |
1628 | Steen uit straat trekken | |
Pueri cur corio lapides eruant. | ||
... hoet kompt, dat de jongers met een leerken wel steenen uyt de straten trecken konnen. ... |
Hond | ||
Canis quî odoratu dominum cognoscat. | ||
Waerom kan eenen hondt op eenen wech syn meester door den reuck volgen, al is hy langhe te vooren wechgegaen in de kercke ofte daer meer volck byeen staet? Moet hy dicht aen de beenen ruycken, eer hy syn meester kennen kan? ... |
Adviescollege | ||
Physico-mathematicum collegium a magistratu instituendum. | ||
De heeren doen sulcke groote onkosten aen de Latynsche scholen, waervan sy de vruchten selden selve genieten, waerom en doen se dan niet een weynich onkosten om haer borghers, die haer stadt nudt souden syn, te doen onderwysen in natuerlicke wetenschappen ende mathematische konsten? ... |
1629 | Plat van torentje | |
Myn pladt met loot beleydt, waerom het scheurt ende de remedie daerteghen. | ||
Als het loot op myn pladt (dat de magistraet van Dortrecht met groote kosten tot myn speculatie doen maken hebben [<]) geleydt wiert, so seyde my de wercklieden, dat het loot altyt somers door de hitte van de Sonne oppuylde ende dickwils so seer, dat het loot daerdoor borst ende scheurt. Hebbe oock dat oppuylen nu selfs mede gewaer geworden. ... |
Beweging | ||
Motus in vacuo quomodo possit crescere. | ||
Qui statuit moveri omnia in vacuo eo motu, quo aliud id tangens movebatur, is rationem reddiderit cur in universo omnia tandem non quiescant. ... ... Una igitur atomus movebit quidem totam Terram, sed celeritate toties diminuta quoties corporeitas atomi ingreditur corporeitatem orbis terrestris ... [ Wie vaststelt dat in vacuüm alles beweegt door die beweging, waarmee iets anders dat het raakte bewoog, die heeft de reden gegeven waarom in het heelal alles niet uiteindelijk tot rust komt. ... ... Eén atoom zal dus wel de hele Aarde doen bewegen, maar met een snelheid zoveel maal verminderd als de lichamelijkheid van het atoom gaat in de lichamelijkheid van de aardbol ...] |
1633 | Suikerklontje | |
Sacharum in vino cur etiam id quod supra vinum extat, madeat. | ||
Tot pensionaris Cats aen tafel wert my gevraeght van mynheer Beverwyck waerom dat een klompe suycker, in eenen roomer wyn gedaen, also dat se een vynger breet, 2 of 3, boven den wyn uytsteeckt, evenwel tot boven toe nadt wert. ... |
1634 | Rijkdom | |
Divitiae cur majoris fiant quam sapientia. [ Waarom men rijkdom hoger aanslaat dan wijsheid ] | ||
Ryckdom wort meer geacht dan wysheyt, omdat men den ryckdom erven kan, maer de wysheyt en kan men syn erfghename niet achterlaten. |